Inmiddels zit er alweer een volle maand in het land van ABBA,
de Vikingen en Pipi Langkous op. We worden al een maand lang bang gemaakt over
hoe donker het wel niet wordt in Zweden. Eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat
ik er eerst niet naar luisterde, maar nu ik merk dat het toch wel snel vroeger
donker wordt mis ik de zon van twee weken terug toch wel een beetje soms. Van
mij zal je nooit meer een slecht woord over Piet Paulusma horen, want hier heb
ik nog geen één keer het weerbericht uit zien komen.
Na een bezoekje aan de supermarkt, wat elke keer weer
belachelijk lang duurt door een algehele verwarring wat nou wat is, was het
woensdag weer tijd voor een potje voetballen. Een paar enkelverzwikkingen
dankzij ons plaatselijke weilandje met doelen en de traditionele plotselinge
hoosbui verder, zat de dag er wel weer op. De dag wel maar de avond nog niet. ’s
Avonds gingen we met de groep studenten naar Opera Café. Een vrij chique tentje
wat qua sfeer een beetje aandoet als een kleine versie van Paradiso. Alleen
raak je je schoen niet kwijt als ie niet goed vast zit door de naar bier
stinkende plakkerige vloer. Bang om dronken te worden hoef je er niet te zijn want een
flesje bier zonder studentenkorting kost al gauw een euro of acht. De beste
manier om je door een mensenmassa te wurmen is hier toch wel een paar dames te
volgen. Deze vriendelijke dames veranderen als ze in beweging zijn namelijk in
een stormende trein waar de zee zich voor open splijt. Als jij overigens die
zee bent, ben je er minder blij mee. Het was een geslaagde avond totdat ik realiseerde
dat ik een klein detail over het hoofd had gezien.
Donderdagochtend mochten we namelijk weer vroeg uit de veren
voor een lesje Zweeds. Gezien het feit dat ik traditioneel het lokaal niet kon
vinden en enigszins verlaat binnen kwam, was het wel goed dat we leerden
klokkijken. Helaas blijkt de manier waarop je de tijd uitlegt in het Zweeds bijna
exact dezelfde manier te zijn als in het Nederlands dus dat kan ik niet als
excuus gebruiken. Deze teleurstelling te boven gekomen was ik ruim op tijd
voor de Duitse avond. Dat wilt zeggen dat de Duitsers een keuken bezetten en
eten gingen klaarmaken. Uiteraard waren hier worsten en zuurkool van de partij
en dat was goed te eten. Toch kijk ik met smart uit naar de Italiaanse avond.
En wat minder naar de Nederlandse, want gezien het aantal Nederlanders wordt
dat aandeel in het klaarmaken als snel vrij groot.
Waar vrijdagavond
in Nederland een ware veldslag in een klein dorpje op het punt stond los te
barsten zaten wij keurig in de keuken spelletjes te doen. Leuk detail is dat ik
het nieuws over deze Nederlandse veldslag kreeg te horen van een Spanjaard in
Zweden.
Een dagje door Stockholm wandelen is thuiskomen met kramp.
Zo ook deze zaterdag waar ik er bijna een gehele marathon op had zitten voor ik
klaar was. De gids die ik vorige week gevolgd heb door Gamla Stan is wel een
beetje gedaald in aanzien. Ik dacht “dat kan ik ook” en wat bleek? Ik kan het
ook. Met een paar exchange studenten vanuit Björnkulla en vrienden van hen die
waren overgekomen, hebben we een dagje sightseeing gedaan en bleek dat die
verhaaltjes uit je hoofd vertellen helemaal zo moeilijk nog niet was. Er moet
wel gezegd worden dat die gids er iets sneller doorheen ging gezien het feit
dat zijn publiek niet om de haverklap een winkel in wandelde. Een klein moment
van de weg kwijt raken hielp ook niet heel erg. Er was ook nog een Gangnam
Style flashmob voor het Kulturhuset die dag, waar volgens facebook een kleine
2000 mensen op af zouden komen. Dat aantal kan wel eens juist geweest zijn,
maar daarvan waren er maar 30 echt aan het dansen.
De Zweden hebben trouwens wel een truc voor dit wandelen die
ons niet helemaal vreemd is. De fiets. Sterker nog, net als in Nederland zie je
bijna overal wel fietspaden en dit fenomeen is dan ook erg ingeburgerd. Zo
ingeburgerd dat ook hier wel eens een fiets aan een brug hangt. Verschil is wel
dat de fiets hier al zijn banden nog heeft. Nadeel van die fietspaden is dat
deze soms bijna niet te onderscheiden zijn van het voetgangersgebied waardoor
je wel is bijna van je sokken wordt gereden. Het is mij ook een raadsel hoe er
nooit een Zweed de Tour de France wint want ze rijden met een rotgang.
Opgegroeid in Amsterdam zou dit geen probleem moeten zijn, maar helaas is er al
een paar keer heel toeristisch naar me gebeld, doordat ik weer een coureur over
het hoofd zag. Wie nu denkt, “maar volgens eerdere berichten zijn er toch een
hoop heuvels in Zweden?”. Dat klopt en dat is waar ze vals spelen. De fiets
wordt namelijk heuvel op aan de hand genomen en heuvel af gaan alle remmen los.
Op zondag kwam ik er, tijdens iemand af te zitten bij het
vliegveld achter dat Stockholm-Arlanda airport niet in of bij Stockholm ligt.
Het ligt op een afstand die te vergelijken is met alsof je Schiphol bij Alkmaar
neerlegt en het dan alsnog Amsterdam noemt. Afgezien van deze verrassing blijkt
ook nog is dat als je naar de vertrekhal rijdt je even denkt of je echt voor
Schiphol staat. Hoewel het hier wel een stuk rustiger is en de borden een stuk
beter te volgen zijn. Ook al zijn ze in het Zweeds.
Uit het lijstje “uitgesteld maar niet afgesteld” was het dit
keer de beurt aan het Vasa museum. Voor de oplettende lezer, de Vasa is die
boot waar ik aan het begin over verteld heb. Dat is nog steeds het meest
knullige verhaal wat ik tot nu toe gehoord heb dus dat was de 80 kronen (met
studentenkorting) wel waard. Toen we er vier uur later weer uitliepen bleek het
dat bedrag meer dan waard te zijn. Het was behalve een indrukwekkend schip ook
een erg interessant museum qua scheepvaart in de 17e eeuw. Het
geheel werd nog even opgeleukt door een rondleiding van Katharina die een
beetje vertelde over de boot en het verhaal. Wie deze rondleiding wilt volgen
kan overigens gewoon blijven staan waar ie begint want Katharina praat op zo
een volume dat je d’r overal in het gebouw kan verstaan. Al met al is dit tot
nu toe wel een van de bezoekjes die zeker de moeite waard zijn als je er
rekening mee houdt dat je een gehele middag kwijt kan zijn.