vrijdag 18 januari 2013

Zweedse Nieuwsbrief Finale





Het laatste vak is afgerond, de laatste sneeuwbal is ontweken, de laatste Turkse toerist is de weg naar een onmisbaar plein gewezen, de laatste keer dat ik opeens in het Nederlands wordt aangesproken of ik bekend ben hier en voor de laatste keer wacht een buschauffeur op me als ik aan kom rennen. Iets wat ze in Nederland is zouden moeten doen trouwens. Op dit moment vlieg ik over Denemarken naar het thuisland en nu het hele avontuur erop zit, is het goed om de balans op te maken. Zijn we nu heel wat stereotypes armer of klopt het nou wat ik al wist over die Zweden.

Wat me toch wel erg is tegengevallen is dat niet iedereen bij de IKEA blijkt te werken. Sterker nog, ik heb meubelzaken gezien die niet in het knalblauw waren met grote gele letters op de gevel. Wat misschien nog schokkender was is dat ABBA hier amper gedraaid wordt. Ik heb het vooral gehoord op de “cruise” richting Riga. Die cruise kostte pak ‘m beet €10,-, wat de vermoedens wekt dat we ABBA bij het kaliber Reisje langs de Rijn met Corrie Konings kunnen scharen.
Het is koud in Zweden. Ja, dat klopte. Maar zo koud? Dat had ik dan weer niet verwacht. En al helemaal niet dat we tot ons middel door de sneeuw moesten. Op het moment dat wij besloten niet naar Lapland af te reizen besloot Lapland hierheen te komen. Voordeel was dan wel weer dat we iets hebben gedaan waar je steevast een “echt?” als antwoord op krijgt. We hebben een iglo gebouwd. En niet zomaar een. Nee, dat ding staat er nog wel even zo stevig blijkt ‘ie. En alsof dat nog niet genoeg was, hebben we deze week na een verse dikke sneeuwlaag maar eens besloten de dozen waarin ooit blikjes Heineken zaten open te scheuren en van onze berg af te sleeën. Wat boven verwachting goed werkte.

In deze maanden is er op onze berg een gemeenschap ontstaan wat een bijzondere ervaring was. Toch hebben we hierdoor eigenlijk weinig Zweden echt leren kennen. Wat dan er wel weer voor zorgt dat je zelfs na vijf maanden nog steeds een buitenstaander bent en nog steeds zo dit volkje kan bekijken als ze voorbij komen. Zo ben ik zelf tot een aantal conclusies gekomen. Laten we maar beginnen met de meest poëtische: de Zweed sluit zich in de winter zoals een bloem dat kan in de nacht. Zo. Wat dus wilt zeggen dat ze werkelijk meer gesloten zijn tijdens “de donkere periode”. Verder zijn de Zweden erg geëmancipeerd, aardig als je ze eenmaal een beetje kent(wat nog niet altijd makkelijk is), minder punctueel dan ze zelf denken, goed georganiseerd, nationalistisch (als je een half uur geen Zweedse vlag hebt gezien ben je hoogstwaarschijnlijk de grens overgestoken) en milieubewust tot het irritante toe.
De laatste dagen waren raar te noemen. De meesten vertrokken gister of vandaag en dat betekende dat er een hoop mensen stonden te janken. Immers, de afstanden binnen Europa zijn werkelijk onoverbrugbaar. Desalniettemin heb ik met sommige mensen zeker een sterke band opgebouwd en die zal ik ook zeker missen. De een wat meer dan de ander. Iets wat je eigenlijk pas beseft als je beseft dat je ze morgen niet meer ziet. Op dit moment mis ik thuis, want als een ding duidelijk is geworden, is het dat Amsterdam me thuis is. Ik zal dan ook stiekem best blij zijn als ik Amsterdam onder me zie met het gezeik over het weer en de eeuwige files waar je toch bij hoort. Het gevoel dat je hier al die tijd zit en eigenlijk niet deel uitmaakt van wat er thuis gebeurt is soms wel raar. Net als dat het raar zal zijn dat als ik terug ben, ik geen deel meer uitmaak van wat er in Stockholm gebeurt. Hoewel ik bij deze afstand wil nemen van schoonmaaksters die treinen in gebouwen parkeren. Toch zal ik nog een hele lange tijd met een oog naar Zweden kijken.

Het is altijd zo lekker cliché. “het is zó snel gegaan!”. Maar het is echt heel snel gegaan. Waar ik het ene moment vanuit Nederland, het koude Zweden inreed, waar het op dat moment alleen maar warmer bleek te zijn en ik nog weken echt zomer heb gehad. Daar vlieg ik nu weg van het koude Zweden naar Nederland, waar het nu ineens wel koud is geworden en ik nog weken winter voor me kiezen krijg. Wat betekent dat ik land in een discussie over of “het door gaat”. Maar dan in het Fries. In de tussentijd is er veel gebeurd en heb ik veel nieuwe mensen leren kennen waarvan ik er een aantal zeker nog ooit zal zien. Wat er gebeurd is staat redelijk uitgebreid te lezen. Nou kan ik, met de technologie van tegenwoordig, natuurlijk zien hoeveel mensen mijn avonturen hebben gevolgd. Dat bleken er toch wel verrassend veel te zijn. Bedankt daarvoor, ik ben blij dat ik zoveel heb kunnen boeien met mijn verhalen over mijn studie. Helaas, nu zullen we toch allemaal iets anders moeten zoeken om even niet te hoeven werken. Ik kan namelijk ook zien dat er vooral tijdens kantooruren gelezen wordt terwijl ik toch echt altijd ’s avonds post mensen. Hejdå!

vrijdag 11 januari 2013

Zweedse Nieuwsbrief #22


Het is bijna zo ver. Het punt dat het hele avontuur, waar ik altijd het gevoel van had dat het nog een eeuwigheid zou duren, is afgelopen. En het punt dat ik ook eigenlijk wel terug wil, kwam net zo onverwacht als de nieuwe sneeuwbuien die alle hoop op een paar warmere laatste weken deed verdwijnen onder een nog iets dikkere witte laag. Gelukkig is met het eind in zicht ook de Nederlandse lente ineens over. De welbekende winterdip lijkt in het onherbergzame Zweedse landschap eerder een winterravijn die je niet aan ziet komen. Niet dat we er depressief bijzitten, maar inmiddels begin ik de zon wel erg te missen en dat merk ik wel in me stemming. Zo zijn ook de Zweden inmiddels in hun cocon van treurnis gekropen. Buschauffeurs die blijkbaar zodanig hun leven aan het overdenken zijn dat ze gewoon een station voorbij rijden waar eigenlijk iedereen eruit moet of een kassière die je net zolang aan blijft kijken tot je maar heel ongemakkelijk vraagt of ze de boodschappen wilt scannen.

Met deze negatieve toon achter de rug kunnen we stellen dat het qua studie een geslaagde week was. Studie? Ja, studie. Want, deze twee weken kwamen werkelijk alle deadlines samen die ik de laatste anderhalve maand had opgespaard. Van deze verzameling is overigens nog steeds genoeg over dus ik verveel me dit weekend niet daar maandag toch echt de laatste datum is. Wat dan wel weer fijn is, is dat onze punctuele voormalige lerares na anderhalve maand eindelijk onze beoordelingen online heeft gezet. Met ook het derde vak op zak gingen we gister een presentatie houden bij onze professor die toch meestal de indruk wekt dat ie enigszins onder invloed is. De presentatie ging over organisaties als fictie, wat erop neer komt dat je lekker lang moet praten over niets. Nou, dat kan ik wel en dat bleek toen de goede man aan het eind lyrisch was over het geleverde werk. Met die twee opstekers vond ik wel dat ik weer even pauze mocht hebben en wordt het nog even aanpoten de laatste twee essays af te krijgen.

Voor dit alles waren er nog een paar vrije dagen die gevuld moesten worden en dus werd er maar weer eens een museum aangedaan. We waren al een paar keer langs het Nordiska Museet gelopen en het lijkt nogal op een kleine versie van het Rijksmuseum. Dat beloofde dus wat. Eenmaal aangekomen werden we uitgerust met koptelefoons waarmee je op werkelijke elke hoek wel iets kon scannen en er een fijn Brits accent met klassieke muziek in je oor begon te praten. Om een lang verhaal kort te maken, er was niks aan. Het bleek een museum over wat voor meubels mensen gebruikten, wat voor stoffen, wat voor eten enzovoort. Op zich niet oninteressant, maar ik kan vertellen dat een compleet museum erover toch wat overdreven is. Desalniettemin was het wel een mooi gebouw, wat misschien een iets interessantere invulling had kunnen krijgen.

 Met de laatste week is het afscheid nemen van tradities. Een daarvan is vrijdagmiddag nachobuffet. Wat inhoudt dat we zo een beetje elke week naar dezelfde tent gingen om onbeperkt nachos te eten. Echt vervelen ging het niet, dus het was een pijnlijk afscheid. Buiten dat staat onze iglo nu toch echt op instorten ook al is de temperatuur weer constant onder nul. Het enige wat er nog even geregeld moet worden is dat ik even een handtekening moet krijgen dat ik hier ook echt ben geweest. Anders betaalt de EU me niet uit en dat is jammer. Al met al belooft het een rare week te worden. De volgende en tevens laatste nieuwsbrief zal ik posten vanuit het vliegtuig als ik met een aardig gangetje terug naar het land van de eeuwige regen (die ik dan weer niet mis).

vrijdag 4 januari 2013

Zweedse Nieuwsbrief #21

Gelukkig Nieuwjaar! Happy New Year! Feliz Año Nuevo! Bon Année! Got Nytt år! En natuurlijk, Frohes Neues! Als dit geen goed jaar wordt weet ik het ook niet meer, want ongeveer de hele EU heeft het me toegewenst. En de eerste tekenen zijn goed gezien het feit dat we sinds weken weer hier en daar gras kunnen bewonderen. Minder goed nieuws is dat onze iglo het zwaar heeft. Gelukkig hebben we de foto's nog.
Er waren inmiddels wat meer mensen teruggekomen en in de voorbereidingen op onze viering hadden we daar even geen rekening mee gehouden. Het idee van een Nieuwjaarsdiner omvatte ineens veertig man wat toch wel veel was. En dus werd het maar opgesplitst en werd er een inleidend feestje inclusief enigszins vervroegde Nieuwjaarsborrel georganiseerd.

Zoals al eerder verteld ben ik al een keer naar Parijs gereden voor een vuurwerkshow. Eenmaal aangekomen bleek er vanaf dat jaar geen vuurwerkshow meer te zijn. Wel 500 politieagenten gekleed of ze net de stad bezet hadden. Dat wel. En dus helemaal in traditie ging ik deze jaarwisseling naar een vuurwerkshow in een andere Europese stad. Dat was dus Stockholm. En, helemaal in traditie, heb ik eerlijk gezegd geen vuurwerkshow kunnen ontdekken. We hadden ons opgesteld op een heuvel van waar je Gamla
Stan en het aangrenzende water kon zien waar de vuurwerkshow zou zijn en een Nieuwjaarsduik niet had misstaan. Een verschil met de viering in Amsterdam viel al snel op. We hadden namelijk na een uur in de binnenstad te zijn nog steeds niet voor een vuurpijl hoeven duiken of zelfs maar iemand opgepakt zien worden.

Ook de koppigheid van de Zweden als het gaat om vuurwerk viel al snel op. De vliegende lampionnetjes waren flink vertegenwoordigd. Op zich een leuk idee, maar in een stad waar je zelden veilig bent voor wind en je nota bene bovenop een heuvel aan het water staat belandden die dingen dus continu in je gezicht of in de boom. Maar goed net zoals in Nederland is er hier openbare verkoop van vuurwerk. Alhoewel de vuurwerkshow dus niet ontdekt is, echt nodig was ie ook niet. Het is duidelijk niet zo intens als in Amsterdam maar dat maakt het misschien wel mooier. Je had tenminste een keer niet ogen te kort. Sowieso was in de hele stad de viering wat minder intens dan wij gewend zijn. De straten waren goed bezet maar nou niet gigantisch druk. Het was dan ook maar een gokje wanneer het nou ècht het nieuwe jaar al was. Desalniettemin ging na een uurtje toch de reis maar naar een nachtclub om het echt te vieren. Onderweg kwamen we nog wat arrestaties tegen die ik graag had vastgelegd maar de blondine van het politiekorps wilde niet op de foto. "Not today.". Wat na de afwezigheid van oliebollen met poedersuiker toch wel een teleurstelling was. Overigens heb ik niet echt tradities kunnen ontdekken als het gaat om de Nieuwjaarsviering.

Met de '13 in de datum en de laatste kans om in te schrijven voor vakken in Nederland, drong het ineens door dat het niet lang meer duurt voor we op het vliegtuig naar huis stappen. Op de 18e staat ons vliegtuig klaar om ons in onze afritsbroek uit de sneeuw te halen en met nog een paar papers en een presentatie te gaan kunnen dit nog wel eens een drukke twee weken worden. Met de tijd die snel opraakt, raakt ook de energie vrij snel op. Het slaapritme van de gemiddelde bewoner hier is niet meer te redden. Ook al worden de dagen heel langzaam weer wat langer, we zien het licht vaker voor het slapen dan erna. Toch is het een raar gevoel dat over twee weken er een eind aan gebreid kan worden. Hoewel een normale boterham er inmiddels toch wel ingaat. Maar niet gevreesd, wellicht is dit niet de laatste versie van een reisblog. Paella met Hollandse garnalen kan wel eens de opvolger worden aangezien een paar Spanjaarden een redelijk goeie argumentatie hebben gemaakt om een tijdje in Spanje de taal te leren. Gezien ik hier twee keer zoveel Spaans op heb gedaan dan Zweeds lijkt dat niet eens onhaalbaar.