woensdag 28 november 2012

Zweedse Nieuwsbrief #16



Als je net jarig bent geweest word je geacht wijzer te handelen. En dus heb ik de volgende dagen uit bittere noodzaak maar in de bieb doorgebracht. Gezien het feit dat onze eerdere vakken nou niet bepaald intensief te noemen waren, heeft iedereen november een beetje volgeboekt met tripjes en reisjes. Wisten wij veel dat ons derde vak ineens elke week een deadline zou hebben. Er was dus een klein planningsprobleempje, aangezien vier van de vijf van onze werkgroep verspreid over Europa zaten. Uiteindelijk is het na wat communicatieproblemen met onze Italiaanse en Duitse collega’s wel goed gekomen, maar een lesje samenwerken en tot tien tellen was het wel.

Zoals aangekondigd was het aan het eind van de week tijd voor een flitsbezoek aan Polen. Als het Nederlands Elftal het in een paar dagen gezien kan hebben, kan ik het ook. Na een ongelooflijk lange busrit in het donker waren we eindelijk in niemandsland, waar een landingsbaan lag. Iets meer dan een uur later kwamen we aan op een vliegveld wat er precies hetzelfde uitzag. Het was dat geen van de borden meer te begrijpen was, dat we konden zien dat we in Polen waren. Waar ik eerder zei dat Fins onbegrijpelijk is moet ik dat misschien enigszins terugnemen. Pools is namelijk echt geen touw aan vast te knopen.

Verwelkomd door een haag van Poolse taxichauffeurs die je bijna hun taxi in hijgen, waren we aangekomen in, wat later bleek, een andere wereld. Met de bus en de trein kwamen we uiteindelijk aan in Warschau. Het centraal station is eigenlijk een groot ondergronds winkelcentrum waar we onze ogen niet konden geloven toen we zagen hoe goedkoop eten was. Niet alleen is er aan Pools geen touw vast te knopen, de Polen spreken ook geen woord over de grens, behalve Russisch. Helaas is mijn Russisch niet wat het geweest is en zo krijg je dus de situatie dat je op het centraal station van de hoofdstad van een land staat waar geen mens een woord van je verstaat. En alsof dat nog niet lastig genoeg is blijken de beste mensen ook niet gediend van gebaren taal. Je zoekt het maar uit.

Toen we het station uitkwamen was het eerste wat je zag een rij wolkenkrabbers die me toch wel enigszins verbaasde. Naast al deze hypermoderne gebouwen en een mall waar je erg goed kan eten, stond één oud gigantisch gebouw wat duidelijk van de Sovjettijd was. Nou was dit een mooi gebouw maar de Polen hebben het voor elkaar gekregen om door middel van een gigantisch reclamebord en afzichtelijke lichteffecten er een kerstboom van te maken. Je merkt bijna in de hele stad de sfeer van vroeger nog wel, wat ze charmes heeft maar ook een enorme triestheid soms.

En half uur wandelen verder, waren we in een toch wat minder modern gebied om het zacht uit te drukken en kwamen we bij ons hostel aan, genaamd El Hostel. Dat krijg je als je met een stel Spanjaarden op stap gaat. Een beetje onverwacht, gezien de redelijk vervallen wijk waar we in liepen, was het hostel van binnen erg mooi en schoon.  Dezelfde avond hebben we kennis gemaakt met de politie die per persoon 50 Zlotys eiste omdat we bier bij ons hadden. Dat komt neer op zo een €12,- maar aangezien geen van beide heren Engels sprak duurde het zo een uur voordat iedereen klaar was. Met als afsluiter dat we wegliepen en de heren ons nariepen dat we ons bier vergaten en het gewoon moesten verstoppen. Bedankt mannen dat had een uur eerder gekund. De dagen die volgden hebben we overigens elke dag de politie gesproken want schijnbaar ben je als toerist een gewild doelwit voor de vervelende verveelde Pool in uniform. Met als klap op de vuurpijl; staande gehouden worden om twee uur in de nacht omdat je door een rood licht loopt en er werkelijk uit het niets een politieauto aan komt scheuren. Ik denk dat ik nog nooit zo verbaasd gekeken heb. Wat een ellende

Op zondag zijn we naar Krakau gegaan om Auschwitz te bezoeken. Wat op de heenweg met de bus een uurtje is en op de terugweg een dikke twee uur. Hoe dat kan, geen idee. Auschwitz was indrukwekkend en toch wel erg anders dan ik had verwacht. Voor mij was dit ook wel een van de belangrijkste redenen om naar Polen te gaan. Helaas hadden we geen tijd meer om Birkenau te bezoeken, want het openbaar vervoer rijdt niet heel regelmatig. Dat werd nog een bewezen toen wij, terug in Krakau, alvast ons treinkaartje wilden kopen voor die avond. Toen bleek ineens dat de laatste trein over een kwartier ging. De helft van de groep gingen bij een ander loket hun kaartjes kopen i.v.m. tijdnood, om na twee minuten terug te komen met de boodschap dat degene die hen hielp volhield dat er geen trein was (Volhouden in polen is gewoon nee schudden en je niet meer aankijken). De trein die duidelijk op het bord boven d’r hoofd stond en waar wij kaartjes voor kregen. Van Krakau heb ik dus niets gezien. De treinrit bedroeg een krappe zes uur (net als de heenweg die we om één uur ’s nachts begonnen) in een oude trein die door ons Amerikaanse vrienden treffend werd vergeleken met de trein van Harry Potter. Alleen dan oud en stinkend.

Om Polen maar niet helemaal af te kraken, de generatie van mijn leeftijd zijn best aardige mensen en die spreken gebrekkig of goed Engels. Bovendien is eten en drinken daar niet alleen goedkoop maar ook nog is heel erg goed. Zo hebben we in een oud communistisch “melk café” gegeten. De dames keken niet bijzonder vrolijk maar het eten was heel goedkoop en heel lekker. Je kon merken dat ze het al decennia deden en niet alleen door het plezier wat van hun gezichten afstraalde. Dit café was bij de oude stad van Warschau wat best leuk is om te zien. Niks is oud omdat het in WO II allemaal is plat gegooid en erna herbouwd, maar dat is wel mooi gedaan. Bovendien kwamen we op de kerstmarkt nog een Nederlands kraampje tegen van een koppel wat niet zou misstaan in een uitzending van “Ik vertrek”. Inclusief slechte voorbereiding, marktonderzoek en “lekker-wat-anders we-zien-het-wel”-instelling. Ik vermoed dat ze er over vijf jaar niet meer staan maar wie weet. Al met al, ik zal niet zeggen “eens en nooit weer”, maar voorlopig niet. Toen ik in Stockholm centraal liep voelde het alsof ik weer thuis was.

Het eerste sneeuwalarm wat ik hier af heb gegeven was enigszins loos alarm. Jammer genoeg is het nu dan toch aangebroken. Het moment dat het sneeuwt. En sneeuwt. En het blijft sneeuwen, de temperatuur onder nul duikt om nog verder te dalen komende dagen en de Spanjaarden gaan beseffen dat ze niet wisten wat ze wensten. Het vooruitzicht van hen ploeterend door de sneeuw maakt de sneeuw al een stuk mooier.

dinsdag 20 november 2012

Zweedse Nieuwsbrief #15



De dinsdag begon met een HRM gastcollege van een dame die verdacht veel weg had van mevrouwtje theelepel. Een fijne sessie van een krappe zeven uur waarin ik meer heb geleerd dan de laatste twee maanden in totaal. De aanhouder wint en schijnbaar ben ik dat. We hebben namelijk eindelijk een soort van normaal brood gevonden in de vorm van een soort pitabroodjes. Prima te gebruiken als boterhammen dus de hagelslag kan weer worden gebruikt. Buiten dat is onze keuken eindelijk grondig schoongemaakt en nu nog steeds schoon dus we kunnen die ook eindelijk gebruiken in plaats van in onze kamer te koken. Na twee dagen van huiswerk was het tijd om weer een boot naar de volgende tijdszone te nemen. Dit keer ging de reis naar Helsinki.

Eenmaal aangekomen begreep ik de negativiteit over deze stad niet helemaal omdat zelfs de haven er eigenlijk best mooi uitzag. Ik verwachtte dan ook dat de drie kerken die in zicht waren de gehele stad waren en daarna de toendra begon maar niets was minder waar. Waar ik zo vaak gehoord heb dat Helsinki zo klein is, heb ik een halve marathon gewandeld. Na even goedkoop ontbeten te hebben in de kantine van de plaatselijke universiteit begon de wandeling pas echt. Veel meer dan gebouwen bekijken hebben we eigenlijk niet gedaan maar het was redelijk mooi om te zien. Al snel viel op dat de meeste straatnamen en andere woorden die je op straat tegenkwam zoals bestemmingen van trams niet alleen in het Fins maar ook in het Zweeds waren geschreven. Gelukkig maar, want Fins is echt voor geen meter te begrijpen. Met de woordlengtes die ze hebben moet galgje een redelijk langdradig spel zijn. Ik begon me bijna af te vragen of ze het zelf wel begrijpen en daarom maar de Zweedse vertaling er steeds onder zetten.

De Finnen blijken een opportunistisch volkje. Waar mijn reisgenoot even stond te wachten op zijn bestelling voor een gesloten kassa stonden er binnen de minuut acht mensen in de rij achter hem. De verwarring toen ze niet geholpen werden was redelijk vermakelijk. We waren aan het eind van de dag en na een kopje thee waren we op zoek gegaan naar een supermarkt aangezien eten op de boot redelijk prijzig was. Supermarkten in Helsinki zijn niet makkelijk te vinden hebben we ondervonden. Na letterlijk drie kwartier te hebben rondgelopen in die stad hadden we er nog steeds geen gevonden. Na even navragen bleek er een supermarkt in een winkelcentrum onder de grond te zitten. Waar we vlak voor stonden. Tjah. Deze speurtocht had ons wel wat tijd gekost en dus werd het haasten om onze boot te halen. Gelukkig haalden we hem met nog een half uurtje speling.

De boot waar we op zaten was redelijk enorm te noemen. Wie denkt dat het woord “cruise” overdreven is blijkt het mis te hebben. Er waren een restaurants, een zwembad, casino, theater (waar ’s avonds een Finse travoshow aan de gang was) en natuurlijk de winkels met bergen chocola en alcohol. Waar je om de een of andere reden geen foto’s mag maken van Hannah. Wij zaten trouwens op de tweede verdieping. Onder het autodek. Wat de lage prijs dan wel weer verklaarde, hoewel de cabines alsnog prima waren afgezien van wat dronken Finse heren die bijna door de muur kwamen.

Op de dag dat we terugkwamen uit Helsinki kwam de Sint niet alleen in Nederland in het land maar ook hier in Stockholm was de intocht. Dit is geen grap. Helaas konden we het niet meemaken maar De schoen wordt gezet! Veel meer dan stof komt er helaas niet in. Wel was mijn verjaardag gister en dat was ik eerlijk gezegd een beetje vergeten. Na een aantal vragen of ik het ging vieren hebben we last-minute toch maar besloten om weer eens een keuken in beslag te nemen en de mensen waarmee ik hier omga uit te nodigen om een drankje te doen. Dat werden wat meer drankjes en een geslaagd feest waar toch nog vrij veel mensen op af kwamen. Tegen het ochtendgloren gingen we maar eens naar bed om niet veel later nog redelijk onder invloed richting de universiteit te wandelen.

Er wordt druk gediscussieerd over plannen maken om naar Lapland te gaan onder het mom van nu we er toch zijn. Niet dat achterop een hondenslee staan nou een levensdoel van mij is maar je doet het niet zo snel op de grachten. Enige probleem is een beetje dat het daar ongeveer een uur licht is wanneer wij erheen willen en ik in me badkamer de ervaring van geen hand voor ogen zien ook wel kan meemaken. Maar natuurlijk heb je bijvoorbeeld het Noorderlicht. Enfin we moeten even uitzoeken of het de prijs waard is. Donderdag gaan we richting de grootste concurrent van Volendam. Polen. En dan niet de Noordpool maar het land. Niet alleen is het een mooie kans om er heen te gaan aangezien ik het anders niet zo snel zou doen, ook is de reis daarheen plus onkosten daar uiteindelijk goedkoper dan die dagen hier doorbrengen. Winwin. Klein minpuntje is dat ook dit vliegveld niet bepaald met het blote oog te zien is vanaf hier. Een aangezien we ’s ochtends vliegen zullen we de nachtbus moeten pakken om daar te komen. Ik kan niet wachten.

maandag 12 november 2012

Zweedse Nieuwsbrief #14



Na wat klachten dat mijn culturele interesses waren verdwenen, heb ik mezelf maar weer eens naar een tentoonstelling gesleept. Niet bepaald eentje die speciaal is voor Stockholm maar de keuze was gevallen op de Body Worlds Tentoonstelling. Eenmaal aangekomen bleek dit in een gebouw te zijn met de, gezien het onderwerp, nogal dubieuze naam “Tom Tits experiment”. Binnen bleek Tom Tits experiment eigenlijk weinig met de tentoonstelling te maken te hebben. Het is een beetje de Zweedse versie op Nemo in Amsterdam met ergens op de vierde verdieping de Body Worlds tentoonstelling verstopt.

Als je even een middagje kinderachtig alles wilt uitproberen van bellen blazen tot lachspiegels en een glijbaan van de derde verdieping naar beneden (die nog verdomde hard ging), is dit een goede. Misschien niet helemaal nodig om te zeggen dat ik me prima vermaakt heb. Wij kwamen daar om een uur of één aan en kwamen rond vijf pas aan waar we eigenlijk voor kwamen. Gezien het feit dat de tent sloot om zes was het nog even opschieten en waren we de laatste die het gebouw verlieten. De echte tentoonstelling was vooral interessant en eigenlijk zo bizar dat je niet beseft dat er echte mensen tentoongesteld staan. Het blijft alleen nog maar een paar weken als ik me niet vergis dus voor anderen is dit misschien niet zo interessant. Maar de rest is alsnog een garantie op een erg vermakelijke middag.

’s Avonds was het tijd om weer even internationaal te doen. De Amerikaanse verkiezingen waren op tv dus dat was een goede reden om met ze allen in een keuken te verzamelen met de nodige alcoholische versnaperingen. Na vier uur kregen we door dat Amerikanen hun kiezers fijn beïnvloeden door niet alle staten tegelijk te laten stoppen met stemmen. Prima maar dat betekende dus voor ons dat het wel heel laat werd. Gelukkig waren we de volgende dag weer eens vrij dus echt een probleem was het ook weer niet.

Eindelijk had ik de kans om te zeggen dat ik naar een warm landje ging toen ik op het vliegtuig naar Amsterdam stapte. Wie had dat ooit gedacht. Donderdag ochtend ging ik op pad richting Arlanda airport waar ik al eens eerder over verteld heb. Verschil is dat ik toen met de auto ging. Iedereen kent dat moment dat je naar het eindpunt van de trein moet en je ziet iemand halverwege in slaap vallen. Met jezelf maak je dan de weddenschap of ie wakker zal worden voordat je bij de laatste halte bent en of ie dan zijn halte gemist heeft. Of ik doe dat alleen, dan is het een aanrader. Zo ook deze keer. Nou was de weddenschap of ie wakker zou worden niet heel lastig te winnen want deze man snurkte zo hard dat er geen geluid kon zijn wat hem wakker maakte. En zo werd ie wakker op het eindpunt met een onbetaalbare “Oh f*ck…”. Van daar moest er nog een bus genomen worden die nog langs een paar weilanden bezaaid met schapen rijdt. Om even aan te geven waar dit vliegveld ligt. Na de buschauffeur gevraagd te hebben hoeveel haltes het nog was naar Terminal 2 werd het gas even open getrokken. De man dacht waarschijnlijk dat ik haast had terwijl ik veel te vroeg was. Het vliegveld op zich stelt niet heel veel voor maar het had gelukkig een paar frustrerende free WIFI-spots waar je niet op in kan loggen.

Gele nummerborden, regen, normaal brood en een mogelijke snelheidsbekeuring. Het was goed om weer even terug te zijn in Amsterdam. Het was ook wel een beetje raar om er zo kort te zijn, want je voelt je bijna een toerist in je eigen stad. Eigenlijk heb ik in Zweden geen moment last gehad van heimwee, maar als je door Amsterdam loopt voelt de stad waar je bent opgegroeid toch wel weer als thuis. Een paar feestjes later ging ik vrijwel direct vanuit het laatste feestje richting Schiphol. De nacht doorhalen voor je vlucht blijkt niet heel handig want behalve wat soorten Nederlandse snoep en lekkernijen ben ik voor de rest werkelijk alles zoals een sjaal vergeten mee te nemen.

De vlucht op zich is in een poep en een scheet voorbij wat bijna jammer is als je slaap te kort heb. Waar naast mij enige Zweden zich bezatten aan de gratis wijn werd aan de andere kant door een Zweedse dame even uitleg gevraagd waarom wij een puntje met kaas kregen als lunch in plaats van een warme maaltijd. Welkom in Nederland. Hopelijk slaat dit soort lunches aan en kan ik hier binnenkort fatsoenlijk brood kopen. Niet veel later toen we ongeveer over Denemarken heen zweefden, klonk er voorin het vliegtuig ineens een gil. Gezien het rondje van de stewardessen dacht ik eerst dat iemand kokend water over zich heen kreeg. Echter, iemand bleek een epileptische aanval te krijgen. Na de redelijk paniekerige gil van de purser of er een dokter in het vliegtuig aanwezig was stonden er  acht op. Ik ben er nog niet zeker van of alle doktoren naar Zweden vluchten gezien de plannen van de zorgpremie maar dat was toch wel verrassend. Uiteindelijk wisten we tot de landing niet echt wat er aan de hand was ondanks de redelijke hectiek. Toen er werd omgeroepen dat we met spoed waren doorgevlogen en voorrang kregen om te landen werd wel duidelijk dat de vrouw er niet best aan toe was. Toen na de landing, die met redelijke hoge snelheid was, de ambulancebroeders een half uur bezig waren konden we eindelijk het vliegtuig verlaten.

Terugkomen hier voelde een stuk vertrouwder dan je zou denken. Je beseft ineens hoe goed je al de weg en gewoontes kent. En als je ze even vergeet word je daar wel op gewezen. Eenmaal terug in Zweden werd ik namelijk door een vriendelijke blondine weer even naar de rechterkant van de roltrap gebeukt aangezien ik in de weg stond, bemoeide iedereen zich weer met zijn eigen zaken en kon de jas wel weer dicht tegen de poolwind. beetje tegen de traditie in moest er huiswerk gemaakt worden en dus was echt bijslapen er nog niet bij, maar hopelijk gaat dat vanavond lukken. Inmiddels is het hier in Björnkulla redelijk rustig aangezien veel op de boot naar Riga zitten. Zelf gaan ik met een grote groep naar Helsinki aan het eind van de week. Maar eens kijken of die mensen die nota bene door Zweden depressief en sip worden genoemd echt zo triest zijn. 

maandag 5 november 2012

Zweedse Nieuwsbrief #13



We zitten op de helft van het uitwisselingsprogramma en aan het eind van de week staat er een weekendje Amsterdam gepland. Wie bang is in het donker heeft een broertje dood aan deze stad nu want rond vier uur is het donker en rond drie uur komt de zon al niet meer boven de bomen en bergen uit. Wat dus als gevolg heeft dat je soms rond half vijf wilt beginnen met koken. Enige voordeel is, je hebt wel veel aan je avond.

Deze week was een beetje afwijkend van wat we gewend zijn. Het was namelijk een week van studie. Met twee deadlines was het door enig uitstelgedrag toch nog aardig druk geworden en heb ik zelfs een boek moeten lenen bij me grote vriendin in de universiteitsbibliotheek. Dat ging zo stroef als ik het verwacht had want ik kreeg steeds het verkeerde bonnetje. Maar goed de eerste punten van het jaar zijn al binnen ook al hebben we het gevoel dat de leraar de beoordeling nogal met de natte vinger heeft gedaan. Onze Erik kan het allemaal niet zoveel schelen. Aangezien we Erik ook voor dit vak hadden was de inzet dan ook iets lager en zullen die punten ook wel veilig gesteld zijn. Al met al zijn we de week dus prima doorgekomen.

Helaas hebben we afscheid moeten nemen van onze lievelingsleraar die nog wel eens een pauze van een kwartier uit wist te rekken tot drie kwartier. Het volgende vak is namelijk vandaag begonnen en dat wordt gegeven door iemand anders. Om te zeggen dat de vakantie over is, is misschien overdreven maar we zullen meer moeten gaan doen. Dus we zullen iets moeten gaan doen eigenlijk. De dame die Human Resource Management geeft, waarvan de naam echt niet te onthouden is, is een stuk serieuzer maar heeft een accent wat nog wel eens komisch kan zijn. Bovendien heeft ze een trekje waar ik eerder over gehoord had maar nooit heb meegemaakt. Zweden schijnen namelijk de gewoonte te hebben om hoorbaar kort in te ademen in plaats van instemmend te “mhm-en” of “ja” te zeggen als iemand ze iets vertelt. Hoorbaar is in dit geval nogal zacht uitgedrukt. Bij het rondje waarbij iedereen zich voor moest stellen dacht ik dat ze zich rotschrok toen ik zei dat ik in Amsterdam studeer. Na vier keer dat schrikgeluid gehoord te hebben begreep ik dat dit die gewoonte was van kort instemmend inademen. Echt eraan wennen is alleen niet makkelijk dus het houdt wel je aandacht bij het college.

Al meer dan een week werd er hier gepraat over dat ene feest waar ik toch altijd zeer weinig voor voel om aan mee te doen. De Amerikaanse variant op carnaval. Zoals in Nederland doe ik niet mee aan dit soort zet jezelf voor schut met een maf pak feestjes. Dacht ik. Inmiddels ben ik twee Halloween feesten verder. Eenmaal als joker en eenmaal als Duitser. Het eerste feest was op de dag van Halloween zelf en was gewoon in een keuken hier, vandaar dat ik er helaas niet meer omheen kon. Uiteindelijk was het nog wel leuk maar verf op me gezicht is toch niet iets waar ik enorm gelukkig van word. Het tweede feest was even een ander verhaal. Dat was namelijk in Lappis. Een soort campus van de Universiteit van Stockholm die ongeveer aan de andere kant van Stockholm ligt. Vergelijkbaar met onze campus is het niet want hier staan echt tientallen flatgebouwen. De ervaring leert dat zo een reisje naar een feest wel eens fout gaat met ons maar nadat de groep op een gegeven moment twee kanten op ging kwam iedereen toch tegelijkertijd aan. Het feest was in een soort kelder van een basisschool wat misschien een beetje een onhandige plek was gezien er honderden mensen op af zouden komen volgens facebook. Het werd op een gegeven moment dan ook zo druk dat we maar weggegaan zijn.

Onder het kopje “wat-is-dit-nou-weer”-momenten is er weer een nieuwe ster. Waar ik in april aan heb moeten geven of ik een mentor zou willen als ik hier kwam heb ik daarmee ingestemd. In de daarop volgende tijd heb ik daar niets meer over gehoord en hier kregen we te horen dat er te weinig mentoren waren. Prima, want door heel wat Zweedse mensen me te laten uitlachen had ik toch zelf wel me weg gevonden inmiddels. Reeds bijna twee en een halve maand later en daarmee op de helft van me avontuur op de bijna Noordpool kreeg ik donderdag ineens een berichtje. Van een zekere dame die ook op Södertörns studeert en vanaf nu mijn “sponsor” zou zijn. Niet helemaal zeker of dit suggereerde dat ik een alcoholverslaving op had gelopen ging ik er maar vanuit dat ze mentor bedoelde. Inmiddels heb ik er laten weten dat ik waarschijnlijk niet veel aan er zal hebben maar dat tips welkom zijn. Niet geheel verrassend heb ik nog niets van me gloednieuwe mentor gehoord.